A Trip to the Fair

Een verhaal over spanningen in een vriendschap tussen twee schrijvers die elkaar na jaren weer terugzien.

A Trip to the Fair (8)

Op het plein blijkt Brigid’s verschijning te zijn opgemerkt. Een paar mensen wijzen naar haar met een blik van ontzetting. Dat Patrick bij haar is wekt blijkbaar ook opzien. “Hekserij!” zoemt het, “zij zijn nooit meer samen gezien na haar verdwijning.”

“Ik heb het gevoel dat mijn dubbelgangster hier een zekere reputatie heeft,” fluistert Brigid, “misschien lopen we wat minder in de gaten bij die draaimolen?”

A Trip to the Fair (8) Lees verder »

A Trip to the Fair (7)

De hemel is helemaal opengetrokken, maanlicht sijpelt tussen de bomen en tekent de contouren van de attracties scherp uit. Rails tekenen een traject van bergen en dalen.

“De achtbaan! Ik mocht daar als kind nooit in, opa vond het te gevaarlijk voor me.”

“Mij niet gezien, ik vind het doodeng. Als ik alleen al aan die hoogtevrees denk. Ik ging niet verder dan de zweefmolen.”

A Trip to the Fair (7) Lees verder »

A Trip to the Fair (6)

Even verderop baadt de nieuwe attractie in helder licht. Lopende lichtjes dansen op schilderwerk met felgekleurde auto’s uit de zestiger jaren en swingende figuren met vetkuiven met zonnebrillen.

“Botsautootjes,” wijst Brigid, “daar kreeg ik als kind nog een tand door mijn lip. Ik wist niet dat er geen rem op zat.”

“Botste iemand te hard op jou?”

A Trip to the Fair (6) Lees verder »

A Trip to the Fair (5)

Waarom heb ik hem in ’s hemelsnaam meegevraagd?

Ze heeft geen zin in die ouwe koeien die steeds maar weer uit de sloot kruipen. Ze is geen inspirator en zal dat ook nooit worden. Hij verwacht te veel. Ze kan zichzelf niet eens aan het werk zetten op dit moment.

A Trip to the Fair (5) Lees verder »

A Trip to the Fair (4)

De attracties staan in het donker. De regen neemt af, het water spat alleen nog maar uit de bomen.

“Er is helemaal niemand hier, wie bedient het dan allemaal?” vraagt Patrick zich af.

“Het is al twintig jaar dicht, niet rendabel,” legt Brigid uit, “te afgelegen. Ik maak me sterk dat de stroom er ook af ligt. Ze hebben hem een fortuin geboden om alles te slopen…

A Trip to the Fair (4) Lees verder »

A Trip to the Fair (3)

Brigid rijdt de stad uit en manoeuvreert de snelweg op. De snelheidsmeter schiet richting de 160. Zijn hand schuift naar de clip van de veiligheidsgordel. Vast. Hij zou het nu niet durven vergeten. Haar inhaalmanoeuvres zijn schielijk, zijn riem trekt strak op de bewegingen van de auto.

Is dit een ontvoering?

Hij kijkt opzij naar haar profiel. Haar mond is strak, haar gezicht een gegroefd masker.

A Trip to the Fair (3) Lees verder »

A Trip to the Fair (2)

Klingelend geluid? Oh, de bel. Op dit uur? Ik heb toch geen pakje besteld?

Patrick staat op. Wat loopt hij licht. Wat lijkt die vloer ver weg. Als hij maar niet van die wolk valt. Hij huppelt een beetje in de gang en haalt de deur van de knip. Hij hoort zichzelf lachen, maar begrijpt de mop niet. Zijn voeten worden koud van de grondmist die door de deuropening naar binnen drijft.

A Trip to the Fair (2) Lees verder »

A Trip to the Fair (1)

“Hoe lang kennen we elkaar al?”

“Kennen? Wat bedoel je met kennen?”

“Van voor…”

Patrick schiet overeind. Een zweetdruppel glibbert tussen zijn schouderbladen naar beneden en trekt een steeds scherper spoor van irritatie.

Welke dag is het?

A Trip to the Fair (1) Lees verder »

Scroll naar boven