Muziek: Es war einmal van Edvard Grieg.
Lego Creator Locomotief “Krokodil” 10277
Toen ik tien jaar was, kreeg ik een Märklin elektrische trein met het aloude catalogus item 3000 als drijvende kracht: Het bekende en nog steeds verkochte BR89 rangeer stoomlocomotiefje. Toentertijd was het nog de versie met de metalen kap en twee gloeilampjes als koplampen.
Dat was het begin van de verlanglijstjes met treinspullen voor Sinterklaas en verjaardag. Daarbij was de Märklin catalogus uiterst behulpzaam. Een kleurrijke opsomming van producten met prijzen waarbij het al snel duidelijk werd dat de prijzen van de wat duurdere tractie ver boven het zakgeld uitgingen en jaren sparen zou kosten.
Mijn grote favoriet voor de opvolging van het aloude BR89 tenderlokje was een stoomlocomotief BR74. Snelle berekening leerde dat het meer dan drie jaar zou kosten als ik al mijn zakgeld opzij legde, een ambitie die toch iets te heftig bleek voor een jonge tiener.
***
Een van de topstukken uit die Märklin catalogus was de Zwitserse Ce 6/8 SSB locomotief, bijgenaamd De Krokodil. Een opmerkelijk ontwerp van een vroege elektrische locomotief.
Krokodillen reden bij de Schweizerische BundesBahn SBB, een genationaliseerd conglomeraat van particuliere spoorwegen waarvoor de Zwitsers in 1898 via een referendum kozen. 😉 Ja, toen stelden referenda nog iets voor.
Reeds vroeg bleek de SBB een groot voorstander van elektrificatie van de spoorwegen. Niet onterecht, Zwitserland bezat nauwelijks kolenmijnen en stoomlocomotieven lopen toch voornamelijk op kolen. Men was zodoende zeer bevreesd voor afhankelijkheid van het buitenland, iets dat vooral tijdens de Eerste Wereldoorlog pijnlijk duidelijk werd. Uiteraard wilden de Zwitsers dat niet zijn. Stroom konden ze zelf opwekken, de bekende witte steenkool, dus de trein moest daar ook op rijden.
Er bestond echter onenigheid over spanning en stroomsoort (gelijk- of wisselstroom) waardoor het jaren duurde voor men het eens was over de uniformiteit. Resultaat werd enkelfase wisselstroom waarbij de spoorverbinding via de Gotthard het grote voorbeeld werd.
De Krokodil kwam voort uit een prototype uit 1917 en zou vier elektromotoren krijgen. Dat waren in die tijd nogal grote eenheden en een locomotief aan een stuk zou daardoor te lang worden voor sommige bochten in het Zwitserse spoornet. Daarom kreeg de Krokodil een opbouw in zwenkbare geledingen, twee motor units aan beide zijden van de centrale cabine. Deze cabine bevatte de stuurstanden en de transformator voor de motoren. Men combineerde de stuwkracht van de elektromotoren met een tussen-as die op zijn beurt de wielen met een drijfstangensysteem aandreef.
De SBB had indertijd zowel smalspoor als standaardspoortrajecten, vandaar dat dezelfde locomotief in meerdere spoorbreedtes werd geproduceerd. In de zeventiger jaren werd de laatste Krokodil buiten dienst gesteld, alhoewel er nog een paar rijden voor noodgevallen en museumdiensten.
***
Lego besloot van deze legendarische Krokodil een Creator set te maken onder nummer 10277 met 1271 onderdelen en twee minifiguurtjes. Je kunt de set alleen nog tweedehands kopen, dus dan krijg je last van marktwerking.
Door het beperkte aantal Lego componenten, moest de ontwerper wel wat concessies doen aan het origineel. Dat zie je met name bij de tussen-assen (afwezig) en de drijfstangen (incompleet). De raampartij van de cabines in ook een benadering. Toch is het een leuke onderneming om deze locomotief een virtueel na te bouwen.
Het Lego-studio onderdelenpalet dat je hiervoor kunt downloaden kent de gebruikelijke beperkingen, componenten met bedrukking erop ontbreken en ook de houders voor de remstangen onder de cabine bleken niet aanwezig. Niks aan te doen, gaan met die banaan.
We beginnen met een stukje rail voor de locomotief. Rechttoe rechtaan standaard blokjes drukken (foto 1).
Dan is de cabine aan de beurt. Een aantal tandwielen zorgen voor een overbrenging (foto 2). Dan volgen de wielen van de cabinesectie met de remblokken. Je ziet ook de koppeling met de beide neussecties (foto 3). De opbouw brengt ventilatieroosters, laddertjes en montagepunten voor grijpstangen (foto 4). De vier wielen zijn nu gekoppeld met een drijfwerk (foto 5 en 6). Er komen twee stuurstanden in de cabine met de transformator ertussen (foto 7 en 8, detail stuurstand op foto 9). Een afwerkingsrandje completeert de opbouw (foto 10).
Elektriciteit komt van de bovenleiding en daarvoor gebruik je pantografen. De cabine krijgt een dak met pantografen, isolatoren en bekabeling (foto 11).
De Krokodil heeft twee identieke neussecties. We beginnen met de wielsecties en de motoren (foto 12 en 13). Daarna komt de kap erop met de driepunts-verlichting (foto 14).
Kwestie van kopiëren en samenbouwen in het model. Een mooi eindresultaat (foto 15 en 16).
Rest me een aantal profielfoto’s (foto 17 – 20), waarop je kunt zien dat de kappen van de neussecties iets verkeerd gemonteerd zitten.
Ik doe er nog wat detailfoto’s bij. Foto 21 toont de neussectie en cabine. De buffers zijn onderdeel van een speciaal component. Foto 22 en 26 tonen details van een pantograaf. Het vroeg wat passen en meten in het model om dat goed te krijgen. Foto 23 toont de neussectie aan de andere kant met iets betere belichting. Foto 24 geeft een indruk van de stuurstand, op Foto 25 zie je een detail van de koplampen en de buffers.
Foto’s 27 en 28 bieden tenslotte nog een overzicht vanaf de rails. Hier zie je duidelijk dat het Lego model een benadering is.