Op de Fietse (2)

Muziek: Arietta uit de Lyrische Stuecke van Edvard Grieg gespeeld door Haakon Austbo op piano

Lonnekermeer

Wie ’t breed hef, löt ’t breed hangen

(Wat je duidelijk zien kunt aan alle kasteeltjes in de buurt.)

Het eerste tochtje van de vakantie, een rondje van bijna tien kilometer. Ik rij de wijk uit, binnendoor naar Deurningen langs het aloude fietspad tussen de weilanden, de Hasselerschoolweg. Het Hasselerschooltje is er al lang niet meer, dat is begin tachtiger jaren afgebrand. Inmiddels staat er op die plek een Scouting gebouw.

Het gaat binnendoor naar de Vliegveldstraat, genoemd naar het aloude Vliegveld Twente, later Vliegbasis Twente totdat deze basis in het kader van De Val van de Muur werd wegbezuinigd. Tegenwoordig is dat terrein ver-angliceerd tot Technology Base, een betrekkelijk verlaten terrein vol economische potentie maar met weinig belangstellenden. Op dit moment is het in gebruik als parkeerplaats voor vergeten verkeersvliegtuigen.

Linksaf ligt Deurningen, een rustig dorp met een opvallend groot aantal vrijstaande huizen. Onlangs is daar een klein goudkustje bijgebouwd met de romantische naam Beekdal. Huizenprijzen tegen het miljoen, alle kavels bezet. Niveau Riche: Daar blijft een dorp rustig van. Het dorpsgezicht is een foto waard.

Ik sla rechtsaf en rij richting Frans op den Bult. De Vliegveldstraat heeft de reputatie van racebaan met droeve gevolgen, ik kom alvast drie bermmonumentjes tegen en richting Enschede staat er nog een paar.

Frans op den Bult aan de kruising Vliegveldstraat/Oldenzaalsestraat was en is een bekend vrachtrijders café. Ooit liep de E8 hier via de Oldenzaalsestraat richting Duitsland, nu heeft de snelweg A1 even verderop die functie overgenomen. Den Frans is wel gegroeid, naast het restaurant zitten hier conferentiezalen en een hotelcomplex, plus een grote truckersparkeerplaats met reparatiefaciliteit en een enorm Billboard om de truckers de juiste weg te wijzen.

Op de kruising passeer ik Het Bultje. Ooit was dit een kleine Frans op den Bult waar je bijzonder lekker kon eten. Nu is het een kinderdagverblijf, dat brengt blijkbaar wat meer geld in het laadje en vormt geen concurrentie voor de grote Frans. Door de terrasschermen zie ik spelende kinderen onder toezicht, gelach en gekraai is niet van de lucht.

De Vliegveldstraat gaat verder over de snelweg en de spoorlijn heen. Dat wordt even trappen, want het viaduct is best hoog. Achter de spoorlijn ligt het bosgebied van Het Lonnekermeer.

Het hellinkje naar beneden is aangenaam versnellen. Het is wel oppassen geblazen, door het vochtige weer wagen slakken zich op het fietspad om de groene blaadjes aan de overkant op te zoeken. Ik ben de kwaadste niet, dus manoeuvreer ik behoedzaam om ze heen. Het lijkt mij voor hen een heel avontuur, zo’n asfaltvlakte met ongewis einde.

Het Overijssels Landschap is in deze buurt hard bezig om het land terug te geven aan de natuur. Een grot reclamebord maakt gewag van de groene plannen. Ik hoop dat ze de bomen laten staan, dat is goed tegen de CO2 uitstoot.

Een fietspad leidt me door het Hartjesbos. Het is hier wonderbaarlijk stil. Van de paar mensen die ik tegenkom, beantwoordt de helft mijn groet. Sinds ik me ook door de coronacrisis heb voorgenomen om mensen die ik tegenkom te groeten, is dit geen gekke score. Vroeger zei niemand boeh of bah, blijkbaar zijn er nu mensen die ook zat zijn van social distancing.

Het landgoed Lonnekermeer komt in zicht. De twee meertjes hierin zijn aan het begin van de twintigste eeuw ontstaan door zandafgraving voor de spoordijken van de spoorlijnen rond Hengelo. In die tijd floreerde de textielindustrie in Twente en legden de textielbaronnen diverse fraaie landgoederen aan van hun winsten. Het Lonnekermeer werd ook zo’n landgoed, met als opmerkelijk verschil dat de Hengelose “metaalbaron” Stork de opdrachtgever was. Rond de villa werd een grote tuin in de Engelse landschapsstijl aangelegd.

Het landgoed is inmiddels provinciaal eigendom. Toen ik nog op de campus van Technische Hogeschool Twente woonde, kwam er weleens een flatkennis langs die een kamer had in de villa van Lonnekermeer. De oude dame van Stork die er toen nog woonde, verhuurde kamers aan rustige studenten. Wel, de jongen in kwestie was inderdaad rustig en voelde zich prima in de relatieve eenzaamheid. Wij vroegen ons soms wel af, wat hij eraan vond om zo in de rimboe te leven.

Het fietspad loopt strak langs de drassige oeverlanden van de meertjes. Soms vang je een glimp op van de villa. Het is rustig aan de oevers, ik kom een enkele oude man tegen die rustig zijn rondje loopt.

Na een kronkel in het bos, kom ik bij de spoorlijn Hengelo-Oldenzaal. Warempel, er komt een trein aan! Een stevige goederentrein met tank- en containerwagens dendert voorbij. Nou ja, denderen, ik vind het geluid best wel meevallen. Blijkbaar zijn rails en rollend materieel geoptimaliseerd tegen geluidshinder. Nu snap ik ook wel, waarom we ’s tegenwoordig nachts nauwelijks goederentreinen meer horen. Of het moet zo zijn dat de snelweg het meeste lawaai maakt.

Even de helling op voor de oversteek van de A1 en dan ben ik weer terug in mijn eigen woonwijk. Het fietspad langs de Hesbeek levert een paar mooie groene doorkijkjes van de Hasseler Es op, een woonwijk die eind jaren zeventig, begin jaren tachtig werd gebouwd.

Voorzien van frisse lucht kan ik thuis mooi van een kopje gemberthee gaan genieten.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Scroll naar boven