Vooraf…
Ik ben slecht in schrijfopdrachten van anderen. Meestal verzin ik ze zelf, of komen ze als thema op de fiets aanwaaien. Soms zit er een interessante tussen, zoals deze:
Schrijf een verhaal rond de volgende verzuchting van de/een hoofdpersoon: “Ik weet hoe het eindigt. Natuurlijk weet ik dat. Ik ben alleen vergeten hoe het begon.”
Daar had ik wel vier korte verhalen stof aan. Van een vergeten liefde, een vergeten begin van alle familieproblemen, een verloren draad bij een feuilleton en tot slot een wetenschappelijke benadering voor het allereerste begin.
Voor de verandering eens zonder muziek. 😉 Een soort stomme film, deze keer.
Liefde
“Ik hou van je” als einde van het verhaal,
Dat klinkt toch wel ontzettend banaal…
De tekst van dat liedje zeurt in zijn hoofd als een mug op een zwoele zomeravond, op zoek naar bloed. Hij weet niet meer wie het zong. De echo van de woorden lijkt te blijven hangen in de ruimte
Ik weet hoe het eindigt, denkt hij.
“De concept-scheidingsovereenkomst is nu in een aardig definitieve vorm”, vat de advocaat van zijn vrouw samen, “geheel volgens de wet en een goed compromis voor mijn cliënt en de tegenpartij. De rechter zal dit zonder meer accepteren. Hamerstuk.”
Tegenpartij, verzucht hij, ik weet hoe het eindigt... natuurlijk weet ik dat. De barst wordt nu definitief met dat hamertje open getikt.
Hij kijkt naar de vrouw aan de andere kant van de tafel. Haar lippen een strakke streep, smeulende woede in haar ogen. Ze had hem zojuist aan hun liefde herinnerd. Haar advocaat wist niet hoe snel hij haar zwaktebod moest verijdelen voordat de zijne dat had kunnen exploiteren. Aan deze tafel is een de herinnering aan een liefdesverklaring zelfs als nostalgie al een zwakheid die genadeloos afgestraft wordt.
Liefde van ooit…
Toch had haar uitspraak iets bij hem wakker gemaakt. Als ze dat vroeger tegen hem zei, was zijn hele dag goed. Voelde hij zich zinvol in de wereld. Kreeg hij energie. Danste hij door het leven.
Hij denkt terug aan de dagen dat de woede in haar ogen er hetzelfde had uitgezien als nu, alleen was hij toen daarvan het onderwerp niet. Woede voedde haar inzet voor een betere wereld, ze kon onderdrukking, misbruik en politiek bedrog niet accepteren. Met tomeloze passie beklom ze de barricades en werd ze voor haar beweging als een Marianne voor de Franse Revolutie. En hij kreeg wanneer ze daarvan thuiskwam iets van die hartstocht mee. Een niet onplezierige nabespreking van haar avonturen van een actiedag als ze stoom afblies van alle onrechtvaardigheid die ze had bestreden.
Hij herinnert zich de dagen waarin zij de barricades rond zijn hart had bemerkt en ze met evenveel passie was beklommen om hen te slechten als waarmee ze de maatschappelijke versperringen te lijf was gegaan. Dat was te snel, te dichtbij, te overweldigend, te confronterend, te pijnlijk. Toen had de verwijdering zich ingezet. De noot bleek te hard om te kraken, zijn pantser hield stand.
Toch was er een moment dat ze de sleutel in handen had… denkt hij met spijt, waarom heb ik mijn slot veranderd?
De langzaam feller wordende strijd om zijn vertrouwen had zijn herinnering vervaagd. En nu zit hij hier. Tegenover haar. Tussen de advocaten die a raison van honderdvijftig euro per zestig minuten uurtje factuurtje de strijd voor hen lijken te beslissen.
Ik weet hoe het eindigt, denkt hij, natuurlijk weet ik dat. Ik ben alleen vergeten hoe het begon.
Hoe was ze er toch ooit in geslaagd zijn hart open te breken? Als hij dat nou had geweten…