De Poort van de Dungeon Master (6)

Muziek: Grone Lunden van Omnia

De Poort van de Dungeon Master

“Ooit bestond er slechts Chaos”, begint de Guru zijn verhaal, “en juist daarin lag de kans voor Orde. Want Chaos kan onmogelijk anticiperen op wat in overeenstemming met zijn Wetten van de Wanorde op een willekeurige plaats of tijd ontstaat. Uit Chaos kan met een weliswaar kleine maar duidelijk aantoonbare kans wel degelijk Orde ontstaan.

Zo ontstond er Orde in de diepte van de tijd.

De Orde bouwde een wereld van structuren, breidde zich uit als een groeiend kristal in een verzadigde oplossing en beperkte hierdoor het rijk van Chaos. Door het ontstaan van de Orde kreeg Chaos opeens een plaats en een naam in een ordelijke structuur, iets wat tijdens de alleenheerschappij van Chaos totaal niet aan de orde was.

Hierdoor werd Chaos bewust van zichzelf en van zijn verlangen naar de tijd voordat er Orde was. Onbewust van het feit dat Orde zijn eigen kind was, ijverde Chaos zich om de Orde af te breken en terug te brengen in zijn rijk, zodat alles opnieuw tot Chaos zou vervallen.

In de tijd van Chaos’ heerschappij bestonden er geen goed en kwaad. Goed en kwaad en het besef daarvan, vormen een onderdeel van Orde. Orde was Goed, en datgene wat de Orde afbreekt, de Chaos dus, dat was Kwaad.

Daarom stonden er mensen op die zich goed achtten en de strijd met Chaos wilden aanbinden, zich niet realiserend dat hun strijd tegen de volgelingen van Chaos een voortdurende aanval op Orde inhield. Vervielen de verslagenen niet tot Chaos, terwijl ze voor hun dood een deel van Orde waren geweest?

Weinig weten deze mensen van de Orde van het Heelal, waarin Orde en Chaos samenwerken! Alleenheerschappij van Orde impliceert totale stilstand, wat eens tot een specifieke Orde behoort zal dan nooit een nieuwe Orde kunnen vormen. Voor opbouw is soms eerst afbraak nodig.”

“Maar wat is hierin mijn opdracht?” onderbreekt Hanck het verhaal.

“Geduld, vriend”, merkt de Guru op, “als je er eenmaal middenin zit, zul je met weemoed terugverlangen naar de tijd die je op dit moment nog hebt!

De strijd duurde eonen lang en naast de nodige overwinningen werden er ook vele goede mensen verslagen. Daardoor verviel Chaos tot hoogmoed en bracht de verslagenen bijeen in eeuwige opsluiting in de Hal der Kampioenen, een onderdeel van de Kerkers van Chaos.”

“Ja, die plaats herinner ik me”, reageert Hanck.

“Ooit drong een dappere avonturier de Kerkers van Chaos binnen, doorbrak de betovering van de Hal der Kampioenen en versloeg Lord Chaos samen met drie dappere gezellen. Helaas bleek de Duistere niet verslagen en hij sloeg terug, waarop de avonturier met zijn vrienden opnieuw een moeizame tocht ondernam om Chaos te verslaan. Beide keren heb ik je dat in beelden getoond.”

Hanck herinnert zich zijn oude Amiga 500 met de krakende diskdrive. Hij ziet het labyrint van gangen en zalen van Dungeon Master en Chaos Strikes Back voor zich, tot de nok toe gevuld met agressieve en kwaadaardige wezens, dodelijke vallen en hoofdbrekende raadsels. Het ratelen van de traliehekken komt hem voor de geest, vergezeld van het dreigende schuifelen van wormen, de voetstap van de mummies en het karakteristieke oehoehoehoe geluid dat kwam als ze in frustratie met de kop tegen de muur liepen.

“De moeiten van de avonturier zijn tevergeefs geweest”, vervolgt de Guru, “Chaos was geenszins verslagen, zijn ogenschijnlijke dood gaf hem zelfs meer krachten dan ooit. Hij verviel namelijk tot Chaos en versterkte daarmee zichzelf.

De ware oplossing ligt in de verzoening. Chaos en Orde moeten worden verzoend, want zij kunnen zonder elkaar niet bestaan. Net zoals goed en kwaad zonder elkaar niet kunnen bestaan, want hoe kun je een weg kiezen als je hem niet kunt zien?”

“Aardige theorie”, reageert Hanck, “maar is ze niet een beetje te simpel? Goed en kwaad zijn tastbare en zichtbare dingen en het kwaad wordt er niet minder schadelijk van. Net zoals Chaos dingen zal blijven vernietigen. De slachtoffers blijven lijden.”

“Nogmaals, Orde en Chaos kunnen niet zonder elkaar”, antwoordt de Guru, “noch in pure Chaos, noch in volstrekte Orde is het mogelijk om de verlichting te bereiken. Het is juist de wisselwerking en het contrast die aan mensen keuzes biedt, zodat zij een weg kunnen gaan die hen de duisternis of het licht brengt. Uiterste Chaos en uiterste Orde laten je geen keuze, waardoor je het wezen van je menszijn verliest.”

“Toch lijkt het idee me een beetje onorthodox!”

De Guru glimlachte fijntjes. “Dat klopt ik denk niet dat orthodoxen dit concept van verzoening zouden aanhangen.”

Hanck is niet helemaal bevredigd door de theorie van de Guru. De gedachte aan avontuur bezorgt hem echter een aangename tinteling. Avontuur zou hem bevrijden uit deze Cel, zou hem in een wereld brengen die ver verwijderd was van de engte van het scherm, een plaats van onbeperkte mogelijkheden, legio kansen en zinderende sensatie.

“Wat is mijn opdracht?” vraagt hij, ietwat gretiger dan hij wilde.

De Guru diept een schitterend juweel op uit zijn gewaad. Het licht van de fakkel verbleekt bij de glans van het artefact. Toch reflecteert het juweel niets. Het is volkomen licht en duister tegelijkertijd.

“Dit is de Opaal van Orde. Vind Lord Chaos en geef hem het juweel als blijk van verzoening. Niets meer en niets minder.”

“Klinkt simpel”, vindt Hanck, “maar schijn zal ongetwijfeld bedriegen. Wie zegt dat ik de weg vind, en zal hij dat prachtige juweel wel willen hebben?”

De Guru haalt zijn schouders op.

“Het gemak waarmee je gaat, is voor een deel je eigen keuze. Zelfs Chaos is bang voor grenzen, zodra je die aan hem toont. De weg ligt open, je hoeft hem alleen maar te vinden. Wanneer je slaagt, zul je de keuzes voor veel van je medemensen duidelijker en makkelijker maken. Wanneer je faalt, zal de strijd tussen Chaos en Orde zich verscherpen. Tot een volgende avonturier een nieuwe poging waagt. Zo gaat het al vanaf het ontstaan van het universum. Totdat er iemand slaagt in deze missie.”

Het avontuur trekt aan Hanck. Bovendien zou hij graag zijn benen strekken en eens een keer wat betere lucht inademen dan in de Cel.

“Ik neem de opdracht aan.”

De Guru geeft hem het juweel. Hanck stopt het in zijn borstzakje.

“Ga nu”, zegt de Guru, “wat je nodig hebt, zul je onderweg vinden. Ik moet nu gaan. Moge het geluk met je zijn.”

Daarop vervaagt zijn beeld en een lichte rimpeling in de lucht markeert zijn vertrek.


1 gedachte over “De Poort van de Dungeon Master (6)”

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Scroll naar boven