Schrijven in Opdracht (5)

Pieces Froides Nr.1 Airs a Faire van Eric Satie, gespeeld door de gebroeders Hackett op fluit en gitaar

Bezoekje aan de Efteling (1)

Opdracht

Guus en Sabina hebben hun zoon van twaalf en hun dochtertje van zes beloofd morgen naar de Efteling te gaan.

’s Avonds besluit Guus dat hij morgen toch liever gaat werken. Het uitstapje gaat niet door.

Schrijf deze scène voor drie doelgroepen: volwassenen, kinderen van twaalf en kinderen van zes.

Ik ben benieuwd of het iets uitmaakt voor de doelgroep: Ik heb deze geschreven vanuit het gezichtspunt en belevingswereld van de volwassene.

Uitwerking: Wat het zwaarst is…

Guus slaat een blik op zijn agenda. Morgen vrije dag. Hij zucht, een vrije dag is voor hem toch iets anders dan er op de rol staat. Een dagje Efteling. Nou ja, hij had het beloofd.

Hij typt wat sneller. Zijn Excelsheet vult zich met getallen. Het leven gaat ondertussen wel door, vrije dag of niet…

“He Guus, ik heb een verzoek aan jou,” het is de stem van zijn chef, “morgen komt een van onze belangrijke toeleveranciers. Wil jij jouw presentatie over strategische productorganisatie geven? Als ze die snappen worden onze aanvoerlijnen een stuk efficiënter.”

Guus wordt rood: “Eh, ik heb een vrije dag morgen.”

“Tja, wat het zwaarst is, moet het zwaarste wegen. Ik kan natuurlijk Jacobsen ook vragen.”

“Eh…” Shit, die eikel? Als die in een goed blaadje komt, kost me dat meer dan de entreeprijzen van de Efteling.

“Laat me weten of je je bedenkt. Als je me even appt vanavond.”

Guus knikt. Een dilemma. Werken is veel aantrekkelijker dan dat hele eind naar Kaatsheuvel rijden en de godganse dag tussen de sprookjes en de wachtrijen naar de attracties doorbrengen. Hij had er zo’n hekel aan. Dit was een kans. Zou hij?

Ik kan het thuis goed uitleggen…

***

Sabine schuift de schuimspaan onder een stuk pizza, de kinderen houden hun bord op: “Ik verheug me op morgen,” gniffelt ze, “het lijkt een beetje alsof ik weer kind ben.”

Patrick swipet zijn telefoon: “Allemaal coole attracties. Ik wil in de Baron en de Vliegende Hollander!”

Mia kijkt dromerig voor zich uit: “Is die Holle Bolle Gijs echt, Mama? Net zoals in het sprookjesboek?”

Guus schraapt zijn keel: “Eh, ik ben bang dat er iets tussen komt. Gelukkig hebben we de kaartjes niet van tevoren besteld.”

Sabine laat het stuk pizza op het bakblik vallen: “Wat zeg je me nou?”

Guus zucht: “De baas kwam praten. Ik moet een presentatie geven voor klanten. Daar kan ik niet omheen. Net bij ons uitje. Maar wat het zwaarst is…”

“Komt dat niet erg goed uit?” sneert Sabine, “altijd maar weer dat werk dat net toevallig…”

“Daar verdien ik ons brood mee en daar betalen we ook de uitjes van. Ik kan het niet helpen.”

“Vorig jaar had je dat ook met Slagharen. En het jaar ervoor kon ik alleen met de kinderen in de rondvaartboot. Weet je baas soms dat we uit gaan met het gezin?”

“Daar hebben we het straks wel even over. Sorry jongens, het feest gaat morgen niet door.”

“Shit zeg, ik wilde net wat coole foto’s maken op die achtbaan voor mijn whatsappclubje.”

“Papa had het toch beloofd, mama?”

“Dat had hij. Maar je ziet…”

“Nou je bent wel een ambassadeur voor vertrouwen in ouders,” moppert Guus, “moeten we het daar echt hier over hebben?”

Sabine staat op: “Dat denk ik. In de keuken!” Ze beent weg en slaat de deur dicht.

“Schat, potverdorie, ik…” Guus rent er achteraan.

“Nou, dat sprookje loopt niet goed af,” mompelt Patrick.

Mia kijkt met grote schrikogen naar de dichte keukendeur: “Ze gaan toch niet…. Scheiden?”

Een doffe klap verstijft ze. Er rinkelt glas.

“Tjonge,” zegt Patrick, “ik weet niet wat nu het zwaarst weegt. Ik denk de deegroller”

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Scroll naar boven