Doden Herdenking

Mijn vader werd geboren in 1933, het jaar dat Hitler in Duitsland aan de macht kwam, het definitieve einde van de democratische ideeën van de Republiek van Weimar. Het werd zoetjesaan duidelijk wat de doctrine van Lebensraum voor Europa en de wereld zou gaan betekenen.

Mijn vader maakte de oorlog en de angstige sfeer bewust mee, hij was zeven jaar toen de Duitsers Nederland binnenvielen. Hij overleefde de oorlog, ook dankzij een verblijf in Dedemsvaart tijdens de hongerwinter.

De dodenherdenking op 4 mei was bij hem heilig. Om acht uur was het twee minuten stil, ongeacht wat je aan het doen was. Twee minuten van reflectie en dankbaarheid.

Die stilte van de dodenherdenking gold ook voor wat hij in de oorlog beleefd had, hoe hij en zijn broer en zuster de oorlog waren doorgekomen. Hij zweeg in persoonlijke zin over de oorlog. We kennen nauwelijks enige herinnering van hem op dat vlak.

Heel soms kwam er iets uit die periode boven. Zo was ik eens met een modelvliegtuigje aan het spelen, een Messerschmitt 410 uit de Tweede Wereldoorlog, zonder hakenkruis op de staart, want die waren in die tijd op modelvliegtuigen taboe. Ik stelde me voor dat het ding werd aangeschoten en brandend neerstortte, een van de vele “pief-paf-poef” visualisaties die je als kind wel hebt voor geweld.

Een plastic model van een Messerschmidt 410, een stille getuige van een verschrikkelijk verleden. Deze modelbouwer zag blijkbaar geen taboe in het symbool van een ideologie die zware misdaden tegen de mensheid heeft begaan en hier en daar weer opduikt.

“Je vader zal maar in zo’n rotding zitten”, gromde mijn vader toen, “ooit weleens aan gedacht?”

Ik stopte terstond met mijn spel. Wat hij zei was inderdaad niet bij me opgekomen. Voor mij was oorlog een spel, net zoals voor de aanstichters ervan, die gewone mensen -burgers en soldaten- op het schaakbord van hun ambitie kapot laten schieten.

Het was zijn grote zorg, dat er een nieuwe Wereldoorlog kon komen. Een zorg die hij evenwel niet in het openbaar uitsprak. Ik kreeg eens een brief van hem onder ogen uit 1956. Het jaar van de Suezcrisis, het zoveelste conflict sinds onze bevrijding op 5 mei 1945, de Koreaanse oorlog was net over. Daarin schreef hij dat hij zich zorgen maakte en hoopte dat de wereldoorlog niet opnieuw zou beginnen.

Ook daarom was 4 mei voor hem heilig. Zolang we de doden maar herdachten, maakten we er misschien geen nieuwe bij. Helaas heeft de geschiedenis hem ongelijk gegeven.

 [Later toegevoegd] Pa’s opvattingen over Dodenherdenking komen en beetje terug in het stukje dat ik schreef in het verslag van het Twents Gitaarfestival van 2008, waarop dat jaar de twee minuten stilte voorafgingen aan het avondconcert.

4 Mei, Acht Uur

De laatste dag van het Twents Gitaarfestival viel op 4 mei, de dag van de Nationale Dodenherdenking. De organisatie was zich hier zeer van bewust en kondigde dat de avonden van tevoren aan. De theaterzaal van Concordia was voor dat doel een tijdje een stilteplek.

Zoals dat ieder jaar gebeurt, wordt de dodenherdenking aangekondigd door klokgelui, op het moment dat de klokken stilvallen is het moment daar: twee minuten is het stil.

Met als gevolg een verstild moment dat alles zegt… we mogen het niet ontkennen en zeker niet vergeten!

Er is de afgelopen jaren weleens discussie geweest of we niet op gegeven moment met 4 mei moesten stoppen. De argumentatie was me niet helemaal duidelijk. Ik ben daar zelf vierkant tegen: we moeten ons bewust blijven van wat er gebeurd is en op dit moment nog steeds gebeurt en als we dat bewustzijn verliezen in de toekomst zal blijven gebeuren, ongeacht wat voor vlag daarboven wappert.

Ik herinner me de Dodenherdenking al heel lang, mijn ouders waren terecht heel strikt daarin. Beiden hebben de oorlog overleefd, mijn vader is zelfs nog in de Hongerwinter vanuit Hilversum als evacuee “op de boer” geweest in Dedemsvaart, waar ze hem d’n Smieter noemden omdat zijn achternaam -de Gooijer- aanleiding was tot deze bijnaam. Hun generatie wist wat oorlog betekende. Honger en angst.

Als kind is het in eerste instantie moeilijk te snappen waarom je op dat moment stil moet zijn, maar het leek heel erg op het stil zijn in de kerk op zondag. Dat was uit eerbied, een begrip dat tegenwoordig vaak als respect door het leven gaat. Dus met 4 mei had je dat ook. Die eerbied was voor alle mensen die voor de vrijheid waren omgekomen.

Later krijg je historische achtergrond van de Dodenherdenking en begin je zo langzamerhand echt te begrijpen waarom dit moment van stilte -en vooral van bewustwording- hard nodig is, een moment van stilte dat niet alleen degenen herdenkt die zich voor de vrijheid hebben opgeofferd. Ook de slachtoffers van allerlei ideologieën horen daarbij: Holocaust, Armeense genocide, de zuiveringen van Stalin, Mao en Pol Pot, Argentinië, Chili, de lijst is tragisch lang en lijkt heden ten dage nog lang niet ten einde.

Daarom moeten we, in mijn optiek, blijven herdenken en daaruit -al is het maar een klein beetje- actie nemen.

Daarom herdenk ik -en velen met mij, want de zaal zat vol- de doden op 4 mei, voor mezelf, en ook een beetje voor mijn vader die me dit bewustzijn geleerd heeft, maar op dit moment zelf totaal vergeten is wat hij ons ooit heeft bijgebracht.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Scroll naar boven