Lute Music from The Netherlands
- Titel: Lute music from the Netherlands.
- Musicus: Toyohiko Satoh.
- Identifikatie: BFO-A16.
- Opname: November 1990.
- Uitgavejaar: 1991.
De eerste tijd dat ik gitaar speelde werd Renaissance muziek mijn favoriet. Ik speelde het een en ander uit The Renaissance Guitar van Noad en Leichte Stuecke aus Sheakespeare’s Zeit van Karl Scheit.
Op gegeven moment stuitte ik in de bibliotheek van Enschede op een paar delen van Europaeische Gitarren und Lautenmusik van Heinz Teuchert. Een van de delen ging over Vlaams/Hollandse componisten zoals Joachim van den Hove, Pierre Phalese en Nicolas Vallet. Daarmee was mijn belangstelling voor de luitmuziek van de lage landen gewekt.
Achteraf vind ik het opmerkelijk: wat zoekt een student die in zijn vrije tijd symfo-rock draait nou bij oude muziek uit de Gouden Eeuw? En het trekt me nog steeds bij tijd en wijle, die merkwaardig tijdloze Renaissance muziek.
Misschien is het de verbazing die ik in een recensie over Fantasias van Franceso da Milano las. De Renaissance was een roerige tijd, ziekte, geweld, willekeur, machtswellustelingen en een tweede stand die acteerde zoals sommige volgelingen van Mohammed dat in Talibanstaten tegenwoordig doen. Die tijd van wedergeboorte was niet zonder barensweeën. Desondanks lijkt de muziek uit die tijd de woelingen te overstijgen in een soort opstandig individualisme.
Toen ik de namen van de diverse Vlaamse en Hollandse meesters eenmaal kende, stuitte ik al gauw op de platen van de luitenist Toyohiko Satoh die in Nederland als muziekdocent aan het Haags conservatorium was neergestreken, een positie die hij tot 2004 vervulde. Twee albums van het toenmalige Philips label vielen me daarbij op, met Greensleeves And Other Popular Tunes als eerste. Deze heb ik in bezit gehad totdat ik de hele platenverzameling van de hand deed.
Kort na zijn Philips avontuur bracht Satoh zijn interpretatie van de luitmuziek der lage landen uit op Lute music from the Netherlands, een interessante compilatie van luitmuziek van Adriaensen, Sweelinck, van den Hove, Huwet, Valerius en Vallet.
De CD begint in stijl met Almande Prince, een instrumentaal arrangement van ons volkslied, het Wilhelmus. Daarna volgt een staalkaart van vormen, waarbij volksliedarrangementen een belangrijke plaats innemen. Het is opvallend hoe grif de toenmalige luitcomponisten elkaar over-arrangeerden, met als voorbeelden de Engelse dans Mal Simmes, het lied Orlando Sleepeth van Dowland en het liedje Sweet Robin, dat in de Nederlanden bekend stond als Soet Robbert.
Toyohiko Satoh speelt de muziek nauwkeurig en volgens een duidelijk opvatting over de te volgen stijl, een aanpak die in alle stukken terugkomt. De opname is lekker close en droog, waardoor de muziek een intiem karakter krijgt. De hele CD ademt een bijna serene rust, als ik dat vergelijk met sommige moderne luitopnamen is dat bijzonder. Extremen in dynamiek zijn zeldzaam, wat even wennen is als je spetterende passie in deze muziek verwacht.
Toyohiko Satoh’s spel was voor mij een tijd lang een voorbeeld voor het spelen van Renaissancemuziek. Later zijn er uiteraard anderen gevolgd, maar deze CD blijft een leuke herinnering.