Feast on Six Strings

Vijf Jaar Gitaarfestival Nordhorn

Feast on Six Strings

Daar ligt het dan, het lustrumboek van het Gitaarfestival Nordhorn! Een fijne afsluiting van een periode van zoeken, tasten, schrijven, stressen en knutselen. Een mooie aanleiding tot een avonturenverhaal.

Hoe het begon: In 2006 bezocht ik mijn allereerste gitaarfestival, het Twents Gitaarfestival. Ik schreef daarover trouw een verhaal op mijn website, de DOS Amigos Homepage. Na vijf jaar kreeg ik het idee om een boekje te schrijven, een lustrumuitgave van vijf jaar festivalrapportage in Nederlands en Engels, met de nodige foto’s van de activiteiten. Een idee dat het bestuur van het festival wel iets leek.

Echter, in 2010 ontstond er een breuk in het bestuur van het Twents Gitaarfestival wegens verschil van mening over de oprichting van het Kulturhaus NIHZ in Nordhorn en het daaraan verbonden Gitaar Festival Nordhorn. Mijn lustrumboek ging daardoor niet door.

Ondertussen floreerde het Gitaar Festival Nordhorn en beleefde in 2015 het eerste lustrum. Ook voor dit festival had ik de rapportage op de DOS Amigos Homepage verzorgd, en daarmee kwam mijn plan voor een “verjaardagsboek” weer boven water. In Oktober 2015 besloot ik daarmee te beginnen in de hoop dat ik bij het Gitaar Festival Nordhorn 2016 in ieder geval een presenteerbaar concept had.

Dat bleek nog een hele klus te worden.

Een boek moet uiteraard een pakkende titel hebben. Ik had voor het Gitaar Festival Nordhorn een logo ontworpen met als ondertitel Saitenfest in Niedersachsen! (Nordhorn ligt in Duitsland, vandaar…). Dat vormde de basis voor de titel van dit boek: Feest op Zes Snaren.

Al met al werd het boek schrijven een avontuur met ups en downs. Het is dan ook een geweldige kick om het eindresultaat in handen te houden. Het verloop van dit avontuur vind je in de volgende secties.

Ontwerp

Een ontwerp vormt de basis van de opzet van het boek. Daar begon ik over na te denken na mijn vakantie in 2015.

Vijf jaar festivalverslagen van het Gitaar Festival Nordhorn vormen de basis voor het boek. Het festival staat in de wandelgangen bekend als GFN, naar analogie van de afkorting van zijn grotere broer in Amerika, het concours van de Guitar Foundation of America (GFA).

Ik schreef de verslagen in het Nederlands en in het Engels, omdat de DOS Amigos Homepage tweetalig is. Echter, als ik die tweetaligheid doorzette, zou het boek mogelijk veel te dik worden (achteraf werd dat wel heel duidelijk…). Daarom besloot ik om als voertaal Engels te kiezen, want het grootste deel van de doelgroep kan Engels lezen. Gevolg is wel dat ik alle bijdragen van Nederlanders moet vertalen.

Enkel een verzameling verslagen vond ik niet genoeg voor een feestuitgave. Zodoende kwam ik op het idee om interviews toe te voegen. Interviews met de organisatoren, supporters, artiesten die daar optraden, deelnemers aan het professionele concours en deelnemers aan het amateurconcours. Met goed ontworpen interviews zou je het festival en de wereld van de klassieke gitaar op allerlei manieren kunnen laten belichten, waardoor het boek interessanter wordt dan een historische kroniek.

Ik overlegde het plan met Bobby Rootveld, de organisator van het festival, die er enthousiast over was. We zochten samen de kandidaten voor de interviews uit en op zijn verzoek breidde ik het boek uit met een gedeelte over de partners van het festival die in die jaren hadden bijgedragen. Zelf besloot ik er nog een hoofdstuk met statistieken toe te voegen met onder andere een bezoekerslijst van de concoursen.

Mijn vrouw Erna kwam al snel met de vraag: “Wat wil je er mee doen als het klaar is? Dit moet toch te verkopen zijn? Het is veel te veel werk om gewoon maar weg te geven.”

Ze had gelijk: Een plan voor eventuele commerciële uitbating had ik eigenlijk niet, ik was gewoon begonnen. Misschien was dat onverstandig, want het is inderdaad een hoop werk en er kwamen een aantal aspecten kijken die ik niet had voorzien. Daar moest ik ook over nadenken.

De Interviews

Mijn eerste uitdagingen waren de interviews. Allereerst: met wie? Sowieso met de organisatoren en vrijwilligers en een aantal deelnemers. Daarbij was de keuze betrekkelijk gemakkelijk.

Bobby en Sanna als organisatoren, Fred en Angie Rootveld, Martin en Henk Olden, Annette Kruisbrink en Arlette Ruelens, Liz Day en Thomas Peperkamp en Mathijs van der Kolk als supporter. Helaas ging het interview met Lyz Day wegens persoonlijke omstandigheden niet door. Heel jammer!

Als deelnemers koos ik bij de professionals Andrija Lazarevic, Jakob Bangsø, Justyna Sobczak (allen winnaars van het Cat. 1 Concours), Raphael Silva en Thu Le (markante persoonlijkheden tijdens de festivals). Bij de amateurs werden dat Nandini Sudhir, Agnes Mika, Ikzelf zei de gek (allen winnaars van het Cat. 2 Concours), Tanja Vermeeren, Jannette Couvée (ook markante persoonlijkheden) en tenslotte Kevin Wiesner (de winnaar van Beste Gitarrist von Nordhorn).

Bij de artiesten was de keus wat moelijker. Na een eigen keus en met wat hulp van Bobby kwamen de volgende artiesten op mijn lijstje: Roland Dyens, Pavel Steidl, Alberto Mesirca, Alexei Belousov, Samuel Klemke, het Anido Gitaar Duo (alias Annette Kruisbrink en Arlette Ruelens), Nutavut Ratanakarn, Sabrina Vlaskalic, Stefan Grasse, Christian Lavernier en zijn partner Francesca Nebiolo, Jim ten Boske en Hubert Käppel. Twee van de geplande geïnterviewden vielen uiteindelijk af, maar dat mocht de pret niet drukken.

Ik had nog nooit interviews gedaan, niet mondeling en niet schriftelijk. Het grootste deel moest uiteindelijk schriftelijk worden, want de meeste interviewkandidaten wonen niet in de buurt. Dat gold niet voor twee generaties van de familie Rootveld, die wonen in Bornerbroek en Nordhorn, dus daar zou ik naar toe gaan met mijn geluidsrecorder.

De eerste opgave van een interview is een goede set vragen waarmee je zowel iets van de geïnterviewden zelf als hun belevenissen meepakt. Ik had een stel standaardvragen over de eerste ervaringen met gitaar, leraren en optredens. Een vaste vraag was ook naar de mening over competities.

Daarnaast deed ik onderzoek naar achtergronden van de mensen om ook vragen te kunnen stellen over wat de mensen in het bijzonder bezighield. Aan de ene kant is dat misschien een brug te ver, maar aan de andere kant geeft dat een persoonlijke noot met unieke reacties. Zo vroeg ik een van hen naar zijn werk in de muziektherapie en een ander naar een set bijzondere CDs die hij had opgenomen. Met verrassend persoonlijke reacties als gevolg.

Een deel van de interviews maakte ik in het Nederlands. Hiervoor zou ik later in het Engels moeten vertalen. De rest van de interviews was in het Engels. Daarvoor hoopte ik dat ik alleen zou hoeven te redigeren.

Ik had voor de schriftelijke interviews twee vormen: Een met kale tekst in de mail en een bijlage met een invulformulier in pdf-formaat. Eerst wilde ik alleen een pdf-formulier doen, maar ik kreeg de hint dat dit voor een aantal geadresseerden weleens te ingewikkeld zou kunnen zijn.

Niet iedere geadresseerde vond schriftelijk interviewen overigens prettig. Een van de artiesten bood aan om een opname van de antwoorden te maken en me die toe te sturen (dat werkte goed), een ander wilde alleen telefonisch antwoorden (dat heb ik afgewimpeld omdat ik geen stenograaf ben en mijn gewone telefoon niet kan opnemen).

De interviews “dicht bij de deur” wilde ik via geluidsopnamen doen. Dus de interviews met de familie Rootveld en Bobby en Sanna zou ik met mijn Tascammetje opnemen.

Dat werd een aparte ervaring! Het is een heel karwei om zeg twee uur gesproken interview terug te brengen tot een handzaam en kernachtig stuk tekst! Gelukkig kun je terugspelen.

Verdere informatie in het boek

Naast de interviews wilde ik in het boek aandacht besteden aan de gitaarbouwers die de prijsgitaren voor de Cat. 1 competitie hebben geleverd en de particulieren, instellingen en bedrijven die het festival hebben ondersteund.

Daarnaast leek het me leuk om wat statistieken op te nemen en natuurlijk de bedankpagina voor iedereen die heeft meegewerkt aan dit boek.

Ik heb de gitaarbouwers niet geïnterviewd, maar wel een pakkend verhaaltje over hun kunst geschreven. Ze hebben met hun gitaren het festival op overtuigende wijze gesponsord. Dus een verhaal in het boek en dank aan de gitaarbouwers van het eerste uur, te weten George Ziata, Friederieke Lindscheid, Roberto Pozzi and Sergey Samoilov.

Het gedeelte voor de sponsors is eigenlijk een soort reclame als waardering. Een plaatje van hun website met adres en een one-liner over wat ze doen.

De statistieken bieden een kort overzicht van de deelnemers en wanneer ze bij het festival waren. Er is een overzicht voor de artiesten, de professionals/studenten en de amateurs. Het is goed om te zien dat veel deelnemers terugkomen bij het festival! Daarnaast heb ik een lijst opgenomen van de meest gespeelde concoursstukken. Interessant om te zen hoe trends verschuiven!

Voortgang

In de eerste week van januari 2016 gingen de schriftelijke interviews de deur uit, of liever gezegd de email in. En dan wordt het afwachten. Deadline derde week van April, hoe gaat het lopen? Ik had in eerste instantie gevraagd om voor 1 maart een reactie te sturen. Dan had ik nog een paar weken om te redigeren en te vertalen. Behoorlijk krap, dat wel.

Een aantal mensen reageerde direct, een aantal kwam ook met het interview voor de datum. Een groter aantal echter niet. Toen werd het spannend. Ik heb iedereen die nog niet gereageerd een herinnering gestuurd met het vriendelijke verzoek om wat tijd te maken. Het was fijn te merken dat de meesten alsnog reageerden. Toch waren er een paar die niet reageerden, zodat ik er nog een derde herinnering aan waagde.

De tijd begon te dringen, 1 maart als termijn was eigenlijk te laat om het boek concept-gereed te krijgen voor het festival van 2016. Het was echt stressen in die tijd en ik was meer dan eens moedeloos over het resultaat. Dom natuurlijk, het resultaat stond niet ter discussie, hoogstens de termijn waarop het boek klaar zou zijn.

Uiteindelijk heeft iedereen meegewerkt, zodat ik alle interviews in ieder geval in concept kon uitwerken en vertalen. Mijn dank voor ieders inzet!

Op het festival lag er een inkijkexemplaar, maar de eindredactie was er nog niet overheen geweest.

Hulp

Ik kreeg bij het schrijven van het boek hulp. Daar was ik erg blij mee, daarom vermeld ik het hier separaat.

Agnes Mika bood aan om mijn Engelse vertalingen te redigeren. Zij heeft ervaring met wetenschappelijke publicaties en wist de nodige Nengelse (een term voor Engels met een zeer Nederlandse inslag) constructies te corrigeren. Agnes, bedankt!

Annette Kruisbrink heeft het eindresultaat aan een grondige eindredactie onderworpen en daarbij een heleboel slordigheden in namen gecorrigeerd. Ik weet het, speciale karakters zijn niet mijn specialiteit, terwijl ze in buitenlandse namen massaal voorkomen. Annette, bedankt!

Mijn vrouw Erna bood me de morele ondersteuning om het project door te zetten tot een officieel geregistreerd boek met ISBN, ik ben er zelfs een uitgeverij voor begonnen. Ik heb inderdaad een paar behoorlijke dips gehad, waarin ik eraan twijfelde of ik wel door moest gaan. Erna hielp me de moed erin te houden. Mijn Allerliefste, bedankt!

Publicatie

Goed, het boek is klaar, alle redactiecommentaar is verwerkt, alle statistieken kloppen, en dan… moet het boek op papier komen.

Tja, hoe doe je dat? Dat was compleet nieuw voor me. Vroeger stuurde je een boek naar een uitgever en hoopte je dat er een publicatie kwam. Bij dit project was daar weinig kans op, het potentiele koperspubliek is te klein. Het totaalaantal unieke deelnemers aan vijf jaar GFN was een stuk of 150. Met een optimistische kijk haal je dan een markt van 200 – 250 exemplaren. Daar krijg je geen uitgever warm voor. Bovendien wil ik de rechten op mijn verslagen op de DOS Amigos Homepage niet kwijt.

De oplossing is eigen beheer. Printing on Demand. Zelf een printorigineel maken met alles erop en eraan, inclusief omslag, uiteraard en dan in kleine oplage laten printen.

Er zijn heel wat bedrijfjes die dat doen. Ik heb zelfs in het buitenland gezocht, want de boekenprijs liep best op voor een afdruk met foto’s. Uiteindelijk kwam ik bij Pumbo.nl terecht. De belangrijke voordelen van dit bedrijf waren voor mij:

  • Prijsstelling stond op de website. Bij veel bedrijven kun je niet berekenen wat het gaat kosten. Hier weet je waar je aan toe bent. Het is niet de goedkoopste, maar de volgende aspecten maken veel goed.
  • Je kunt proefexemplaren laten maken. Ik vind het belangrijk om het eindresultaat te zien voordat je een voorraad bestelt!
  • Verschillende formaten. Ik worstelde met het formaat van het boek. Ik ben gewend aan A4, maar dat was eigenlijk te groot. Uiteindelijk ben ik op B5 uitgekomen.
  • Handige service voor het maken van een omslag.
  • Persoonlijke beoordeling of je concept print-gereed is. Heel handig voor de laatste foutjes!
  • Een on-line bestelservice bij Boekenbestellen.nl. Geweldig! Mensen kunnen direct bij hun bestellen tegen lagere verzendkosten dan ik zelf zou hebben moeten rekenen als particulier. Bovendien pakken zij het prima in en heb je daar geen rompslomp mee.

Bij het laten drukken moedigde Erna me wederom aan. Ik ben een beetje zuinig en zag er niet zoveel in om te investeren in een voorraad. Zij is daar gemakkelijker in. Daarom hebben we nu een stapeltje boeken liggen.

Wat zij ook belangrijk vond, het boek moest een officiële status krijgen. Een ISBN dus. Ook dat vraagt investering en zelfs de oprichting van een uitgeverij voor het de uitgeversindex. Dus nu ben ik de trotse eigenaar van Uitgeverij Mark’s. Meer publicaties zijn in de maak!

Ik heb in ieder geval een boek opgestuurd naar de Koninklijke Bibliotheek voor registratie.

En zo kwam een interessant maar spannend project tot een einde. Het boek kan besteld worden, bij mij persoonlijk (gebruik het contactformulier op deze site), of bij Pumbo.nl. On-line bestellen in het handigst, dat kun je hier doen:

http://www.boekenbestellen.nl/boek/feast-on-six-strings/9789082667509.

Veel leesplezier!