The Fifth van Ekseption
Totdat ik een jaar of dertien was, had ik geen uitgesproken muzieksmaak. Ik luisterde veel naar Radio Veronica en maakte zodoende heel wat afleveringen van de Top 40 mee, al prutsend op de rand van oscillatie met een kristalontvangertje met twee hele transistoren. Maar geen van de liedjes bleek zo meeslepend, dat ik een fan van de uitvoerende muzikanten werd.
Dat werd anders toen ik van kennissen een singletje kreeg. Daarop stondenThe 5th en als B-kant Sabre Dance, beiden arrangementen van stukken van respectievelijk Beethoven en Katchaturian, uitgevoerd door de Nederlandse popgroep Ekseption. Ik had The 5th weleens op de radio gehoord, en dat sprak me wel aan. En nu had ik mijn eerste singletje!
Een eerste probleem diende zich aan, ik had geen platenspeler en mijn ouders waren niet bereid om hun apparaat ter beschikking te stellen voor dit aspect van mijn muzikale opvoeding. Gelukkig had mijn zuster nog de oude koffergrammofoon van mijn ouders, zo’n apparaat met een buizenversterker en het bekende kristalelement met hoge naalddruk. Ze had het apparaat ooit gebruikt voor langspeelplaten met voorgelezen sprookjes, maar ze was inmiddels te oud voor dit proza, dus de platenspeler stond in een hoekje.
Ik vroeg haar of ik hem mocht hebben, ze gebruikte hem toch niet en ik had er een plaatje voor. Weggeven was er echter niet bij, ik moest de knip trekken. En zo verwisselde de platenspeler voor fl 7,50 (een bedrag dat het zakgeld een aantal malen overschreed) van eigenaar en begon mijn opvoeding in de popmuziek.
Ik herinner me het moment nog goed, dat The 5th en Sabre Dance door mijn kamer schalden, met als reactie een kreet die ik daarna nog jarenlang te pas en te onpas hoorde tot ik uiteindelijk uit huis vertrok: “Kan dat niet wat zachter!” Zo maakte ik kennis met de arrangeer- en componeervaardigheid van Rick van der Linden.
De platenspeler speelde daarna een belangrijke rol, tot op klasseavonden toe, want het apparaat was draagbaar. Je moest alleen geen hele avonden met het ding plaatjes draaien, want de draaitafel werd zo heet dat je er een ei op kon bakken. Zo’n hitte was voor LPs dodelijk. Niet voor singletjes, overigens, want die staken niet over de rand van de draaitafel uit.