Biografie
Mauro Giuliani (1781 – 1829) was samen met Fernando Sor een van de bekendste componisten voor gitaar in de Klassieke periode. Waar Sor de dienst uitmaakte in de Parijse gitaarscene, daar deed Giuliani dat in Wenen.
Giuliani werd geboren in Italië in de streek Apulië. Hij begon zijn muziekloopbaan op de cello en de viool. Na zijn muziekopleiding vertrok hij in 1806 naar Wenen, waar hij bekendheid kreeg als gitarist en componist. Hij raakte daar ook in financiële problemen, zodat hij terugkeerde naar Italië.
Giuliani heeft een groot aantal werken op zijn naam staan, zijn opusnummer loopt op tot 150. Hij schreef naast de vaak zeer virtuoze en technisch moeilijke concertwerken, opera arrangementen en een groot aantal instructieve werken en stukken, gericht op de huismuziekmarkt. De publicatie van het grote aantal werken bracht hem -ook door gebrek aan spaarzaamheid- niet voldoende fortuin om een rijk pensioen te genieten, hij stierf in armoede in 1929.
Muziek
Diverse Stukken
Twee Sonatines, Op. 71 Nr. 1 en Nr. 3, een Etude, een Allegro en een tweetal volkslied arrangementen.
Choix de mes Fleurs Cheries Op. 46
Choix de Mes Fleurs Chéries is op een grappige wijze tot stand gekomen.
De Zweed Carl Oscar Boije af Gennas (1849-1923) was een gepassioneerd amateurgitarist die een gigantische verzameling gitaarmuziek aanlegde. Onderdeel van die verzameling was een groot deel van de negentiende -eeuwse gitaarliteratuur plus een flink aantal gitaarbladen, periodieken met stukken voor gitaar in diverse instrumentale combinaties, waaronder zang en piano. Boie bepaalde dat zijn collectie na zijn dood werd gedoneerd aan de Statens Musikbibliotek, de centrale Zweedse bibliotheek voor bladmuziek. Alle muziek uit de collectie zit tegenwoordig in het Public Domain.
Dat vraagt om een zoektocht op zoek naar nieuwe muziek. Je komt er van alles tegen, muziek uit de Klassieke periode en de vroege Romantiek. Een groot aantal stukken is aardig netjes gegraveerd, maar er zit ook het nodige aan handschrift tussen.
Ik wilde eens een beetje oefenen met het maken van zettingen uit oude manuscripten of gravures. Het blijkt een avontuur, vaak is het materiaal slecht leesbaar en bevat het fouten, die je alleen met terugluisteren een beetje kunt traceren (mijn muziektheoretische kennis is niet zo groot, dat ik a prima vista harmonisch kan analyseren).
Het testobject werd een werk van Giuliani en wel Opus 46 getiteld Choix de mes Fleurs Cheries, ou Le Bouquet Emblematique. Giuliani droeg het op aan Jules Giraud.
Zoals de titel van het werk suggereert zijn de stukken naar bloemen genoemd. Het is beslist niet de gemakkelijkste muziek, maar het is een leuk setje typisch Giuliani achtige muziek, dus met de nodige virtuositeit.
Terpsichore du Nord Op. 147
In de Renaissance verzamelde en componeerde Michael Praetorius (1571 – 1621) de bundel Terpsichore, een verzameling van bijna 300 dansen. De naam ontleende hij aan Terpsichore, de Muze van de Dans uit de Griekse Mythologie.
Giuliani dacht ongetwijfeld dat eens dunnetjes over te doen toen hij zijn La Terpsichore du Nord Op. 147 componeerde. Het werd uiteindelijk een verzameling van 16 dansante stukjes, veelal in tweekwartsmaat met een gemeenschappelijke structuur van Thema, Trio en Da Capo. Hier en daar zijn in de stukjes inderdaad (volks)dansstructuren te herkennen.
Ik vond een versie van La Terpsichore du Nord in de Boije Collectie en het leek me leuk om hem integraal in moderne notatie om te zetten.