Een wederom zeer romantisch stukje uit de Victoriaanse tijd van Mrs. Sidney Pratten, ook wel bekend als Catharina Josepha Pelzer.
Bij deze gelegenheid stijgt ze flink uit boven de middelmaat die haar leerlingen van haar composities verlangden. Het stuk start met een prelude gedeelte in D klein. Pratten lijkt hier een beetje naar Bach te hebben gekeken.
Na de prelude hebben we opnieuw een Valse Triste, ditmaal in D groot. Maar dan, ter afwisseling een vrolijk stukje in A groot! Plus wat meer technische moeilijkheden. Waarschijnlijk was de leerling waarvoor ze dit schreef een wat betere gitarist die dit aan kon. In de partij stond Fine bij de laatste maat van het A groot gedeelte. Tja, wat nu? Het leek me het beste om de Valse Triste er maar achteraan te plaatsen.