Franz Schubert (1797 – 1828) is bekend om zijn grote verzameling liederen, met liedcycli zoals Die Winterreise. Meestal zijn zijn liederen uitgevoerd voor zangstem en piano. Een voorbeeld van zo’n lied is Ständchen. Het thema van dit lied is ook bekend geworden als Serenade. Om de romantische sfeer een beetje weer te geven, neem ik hieronder de Duitse tekst op. Alles zit erin, de stille verliefdheid, de maan overgoten nachten, de spanning…
Leise flehen meine Lieder
Durch die Nacht zu dir;
In den stillen Hain hernieder,
Liebchen, komm zu mir!
Flüsternd schlanke Wipfel rauschen
In des Mondes Licht;
Des Verräters feindlich Lauschen
Fürchte, Holde, nicht.
Hörst die Nachtigallen schlagen?
Ach! sie flehen dich,
Mit der Töne süssen Klagen
Flehen sie für mich.
Sie verstehn des Busens Sehnen,
Kennen Liebesschmerz,
Rühren mit den Silbertönen
Jedes weiche Herz.
Lass auch dir die Brust bewegen,
Liebchen, höre mich!
Bebend harr’ ich dir entgegen!
Komm, beglücke mich!
Dit romantische materiaal was Johann Kaspar Mertz (1806 – 1856) op het lijf geschreven. Tel daar dan nog bij op dat hij door zijn vrouw Josephine Plantin in contact kwam met Romantische pianomuziek, en voilà, de link naar Schubert is gelegd.
Johann Kaspar Mertz schreef een zestal arrangementen van Schubertse liederen, waaronder Ständchen. Hij blijft daarbij bijzonder trouw aan het origineel, maar voegt er nog een paar mooie echo-effecten aan toe.
Laat je niet in de luren leggen door het langzame tempo, dit is een stuk dat gerichte aandacht vereist voor techniek en muzikaliteit. Maar dan heb je ook een prachtig lyrisch concertstuk op je repertoire staan!