Zoals veel van zijn gitaarcollega’s was het Mertz eraan gelegen dat mensen zijn muziek zelf speelden, want wat heb je anders aan bladmuziek? Daarom stelde hij een eigen gitaarmethode op om de amateur-gitarist in de richting te brengen. Het is een kort werk van 28 pagina’s dat werd uitgegeven bij de muziekuitgeverij van Tobias Haslinger en Zoon in Wenen. Het boek bestaat uit een theoretisch deel, een praktisch deel en de Übungsstücke, de eigenlijke Etudes.
Het theoretische deel behandelt voornamelijk het notenschrift en muzikale terminologie. Het praktische deel richt zich op de gitaar met een aantal dagelijkse oefeningen met arpeggio’s, legato’s, toonladders, cadensen en voorslagen.
Het boek sluit af met vijftien Etudes. Slechts en paar (met name de nummers 3, 5 en 8) klinken als technische oefeningen. De overige stukken zijn charmante en niet te moeilijke speelstukjes met hier en daar de kenmerkende wendingen voor Mertz’ composities.
Over de tempi kun je discussiëren. Ik heb me een beetje gericht op de opnames van Graziano Salvoni (een mooie opname van werken van Mertz bij het Briljant label) die de stukken kalm en lyrisch interpreteert. Uiteindelijk is het tempo aan de speler zelf.