In het Kort
- Titel: Michal Stanikowski, Vienna Guitar Recital.
- Musicus: Michal Stanikowski, gitaar.
- Identifikatie: RecArt 0004.
- Opname: Juni 2011, Kerk van de Hemelvaart van de Gezegende Maria, Paradyz, Polen.
- Uitgavejaar: 2011.
Sonata Romantica van Manuel Ponce
Recensie
De Twents Gitaarfestivals vanaf 2006 en de Gitaarfestivals in Nordhorn vanaf 2011 vormden voor mij een doorbraak op het gebied van kennis van de gitaarwereld. Ik was voor die tijd bekend met een paar groten van de oudere en de middelbare generatie (voornamelijk van plaatopnamen en een enkel concert), maar van de jongere generatie gitaristen wist ik hoegenaamd weinig. De concerten en concoursen brachten me in contact met vele professionals en aspirant-professionals van de generatie NU op de gitaar.
Vooral de concoursen leverden contact met een aantal talenten met potentie op. Zo hoorde ik op het Twents Gitaarfestival 2010 de jonge Poolse gitarist Michal Stanikowski. Hij deed mee aan het concours en haalde de eindronde waarop hij in een lastig veld een zeer goede tweede plaats afdwong. Hij speelde toen onder meer Fantaisie Hongroise van Johann Kaspar Mertz, die ook op deze CD staat. Ik herinner me nog de spannende en kleurrijke uitvoering van zijn finale stukken, waaronder de beruchte Sonata Op. 47 van Alberto Ginastera.
De CD heet Vienna Guitar Recital. Dat is niet voor niets, want bijna alle stukken zijn op de een of andere manier met de Oostenrijkse hoofdstad verbonden.
Het eerste stuk –Sonata Romantica van Manuel Ponce (1882 – 1948)- bracht me in gedachten direct terug naar een masterclass van Denis Azabagic in Nordhorn, waarbij hij een paar interessante wetenswaardigheden bracht over dit stuk en de stijl waarin het was gecomponeerd.
Sonata Romantica is een hommage aan Franz Schubert (1797 – 1828), die zijn leven in Wenen begon en ook eindigde. Het is een uitgebreid werk in vier delen en biedt een gitarist bijna 20 minuten de gelegenheid om een prachtig stuk muziek te presenteren. Het verhaal gaat dat Segovia aan Ponce vroeg om een uitgebreid werk in Romantische stijl voor hem te componeren en Ponce toonde zich een ware meester daarin, wist een duidelijke relatie met Schubert’s klankidioom te leggen, maar toch iets eigens aan deze compositie toe te voegen.
Ik werd al een beetje verliefd op dit stuk toen ik het voor het eerst hoorde en Stanikowski’s uitvoering heeft de passie merkbaar verhoogd. Bij zijn uitvoering ademt hij natuurlijk in de muziek en past dynamiek en kleurenpalet heel beeldend en effectief toe. De warmte van de klank spreekt me aan.
Johann Kaspar Mertz (1806 – 1856) woonde een behoorlijke tijd in Wenen, de hoofdstad van het toenmalige Keizerrijk Oostenrijk-Hongarije. Hij deed de daar wonende Hongaren ongetwijfeld een plezier met de Fantaisie Hongroise, een stuk waarin Mertz een aantal vurige dansante fragmenten verwerkte. Stanikowski speelt ook dit stuk met een mooie toon- en kleurzetting en vooral een fijn stukje levendigheid. Opvallend is het grote en soepel gespeelde contrast tussen de langzame delen en de snelle dansen, waarbij de danspassages fijnzinnig worden gekruid met ritmiek van de kleine accentjes.
Ook Mauro Giuliani (1781 – 1829) werkte enige tijd in Wenen en vierde daar successen totdat hij bijna met de schuldeisers op zijn hielen haastig de Oostenrijkse hoofdstad verliet. Zijn Gran Sonata Eroica is een stuk met wat raadsels van muziekwetenschappelijke aard, waardoor men twijfelt aan de authenticiteit van het stuk. Wel, wat dat betreft ben ik geen kenner, ik hoor een lijvig werk met een krachtige toon, virtuoze passages en regelmatig mooie rustpunten en al met al duidelijke Giuliani kenmerken. Stanikowski speelt virtuoos zonder haast en glijdt soepel van snelle passages naar de rustigere stukken. Omdat ik als luisteraar mee kan ademen, kan ik ontzettend van dit stuk genieten, juist omdat alles natuurlijk klinkt.
Het laatste stuk – Homenaje (Le Tombeau de Debussy) van Manuel de Falla (1846 – 1946) – heeft voor de verandering niets met Wenen te maken. Stanikowski weet de interne spanning van het stuk voorbeeldig voor het voetlicht te brengen. Omdat de klank en atmosfeer van dit stuk toch wel behoorlijk verschilt van de “Weense” stukken, ben ik persoonlijk erg benieuwd naar de reden dat dit stuk aan de CD is toegevoegd.
De opnametechniek van deze CD klonk met, zeker bij het luisteren met hoofdtelefoon, bijzonder aangenaam in de oren. Als luisteraar zit je dichtbij, waardoor het detail duidelijk is, en een heel klein beetje nagalm geeft juist voldoende ruimtegevoel.
De gitaar van de hand van de Australische bouwer Jim Redgate klinkt mooi strak en voegt zich prima naar de klank die deze muziek nodig heeft.
Het Cd-boekje geeft informatie over de speler en de muziek in Duits, Engels en Pools. Ik vond het stukje over de muziek heel informatief. Ik begreep nu ook de functie van Homenaje (Le Tombeau de Debussy) als appetizer voor de volgende CD. Het curriculum vitae van de speler heb ik eerlijk gezegd overgeslagen: de opname op deze CD geeft mij een veel beter beeld dan een rij concoursen en andere assets! Ik ga deze CD zeker vaker draaien om alle facetten te horen, want iedere keer ontwaar je weer iets nieuws. Een fijne plaat!