DOS Amigos Homepage (NL)

La Guitarra y Yo!

Menu
  • Home
  • Allerlei
    • Nieuws
    • DOS Amigos
    • FAQ
    • CD Reviews
    • In Memoriam
    • Mark’s
    • Printouts
    • Links
    • Contact
    • Blog
  • Solo
    • Renaissance
    • Barok
    • Klassiek
    • Romantiek
    • Modern
  • Duo
    • Renaissance
    • Barok
    • Klassiek
    • Romantiek
    • Modern
    • Folk
    • Latin
    • Pop
  • Ensemble
    • Gitaar
    • Melodie-instrument
  • Gitariteiten
    • Gitariteiten 1
    • Gitariteiten 2
  • Opnames
  • Evenementen
    • Festival Nordhorn
    • Twents Festival
Menu

Het Repertoire

De laatste weken voor het concours. Tijd om het over het repertoire te hebben.

Ik vind het leuk om verschillende cultuurperioden en stijlen te presenteren. Bij het eerste concours beperkte ik me tot de klassieke literatuur, maar gaandeweg ben ik me ook voor hedendaagse klanken gaan interesseren.

Een van de eerste vragen bij de repertoirekeuze betreft de moeilijkheidsgraad. Ik ben geneigd om daarmee de lat niet te hoog te leggen. Een sprankelend gespeeld technisch niet al te moeilijk stuk komt veel beter over dan een slippen en struikelen over een ontzettend lastige Bach prelude. Met de ervaring die ik met optreden heb opgedaan, kan ik een inschatting maken welk repertoire op het toneel haalbaar is.

Ditmaal leek het me een goed idee om rustig te beginnen met een stukje Renaissancemuziek: Onder een Linde Groen van Nicolas Vallet. Daarna speel ik een drie- of viertal Minutova Sola van Stephan Rak als licht hedendaagse bijdrage. Ik sluit af met een stukje Mertz, Vaterlandsbluthen Nr. 2 om precies te zijn.

Onder een Linde Groen was een populair lied in de tijd van Nicolas Vallet (~1583 – ~1648). Het was oorspronkelijk uit Engeland afkomstig, waar het bekend is onder de titel In a Garden Green. Bewijs voor de populariteit van de melodie is het arrangement ervan voor kerkorgel en clavecimbel van Jan Pieterszoon Sweelinck en de versie voor blokfluit van Jacob van Eyck. Vallet publiceerde zijn versie in zijn boek Le Secret des Muses.

Ik stuitte op de Minutova Sola (Minutensolos) van Stephan Rak bij een zoektocht naar speelbare hedendaagse muziek. Mijn gitaarleraar leende het me uit, samen met werk van David Pavlovits. Nadat ik een tijdje met een van zijn Amethystes was bezig geweest, knapte ik er op af en pakte het ogenschijnlijk gemakkelijkere boek van Stephan Rak. De 31 Minutensolos bleken een aangename verrassing, waar ik prompt een eigen zetting van maakte, want het origineel was wat verwarrend op blad gezet. Ik had eerst vijf stukjes hieruit als concourskandidaat: From the Far East, Spiritual, Venezuelan Dance, Gypsy Dance en Barbarian Dance. Ik denk erover om Venezuelan Dance, Spiritual en Barbarian Dance op het concours te spelen.

Ik speel graag muziek van Johann Kaspar Mertz (1806-1856) en zodoende ontdekte ik een paar van zijn vroege werken waaronder Vaterlandsblüthen, Nachtviolen en Cyanen. Relatief korte stukjes met een typische Mertz-klank. Voor het concours leek me Vaterlandsblüthe Nr. 2 Adagio Patetico een leuk stuk vanwege de mix van een romantisch begin en een virtuozer einde.

Hiermee ging ik een hele tijd aan de gang.

Onder een Linde Groen

Onder een Linde Groen is een humoristische observatie van een verliefd stelletje door een voorbijganger. De conclusie is dat in de minnen het vlees gewillig is en de geest van “deugdzaamheid” vrij zwak.

De tekst is hier een aanwijzing voor de sfeer en het tempo. De vraag is wel, of dat in de Renaissance tijdgeest past. Ik ken het stuk al jaren en speelde het relatief snel. Ik kreeg een goede tip om het wat langzamer aan te doen, dan werd het stuk wat vocaler. En juist door dat vocale was het mooi om op sommige punten legato’s te gebruiken, ook al werden die in de Renaissance niet gebruikt.

Resultaat is een rustig begin van mijn concoursbijdrage. De grootse uitdagingen zijn rust bewaren, het tempo vasthouden in de zin van niet versnellen en haast een beetje laid-back spelen. Dat betekent dat ik de halve noten absoluut hun tijd moet gunnen, want die lijken altijd zo lang dat je ze korter speelt. En daarnaast duidelijk ademhalen in de tekst van het lied.

Misschien moet ik een versie maken waarin de tekst in de partij staat. Dan zit ik gelijk in de sfeer.

Minutova Sola

Stephan Rak’s Minutova Sola bevat 31 stukjes die volgens gerucht ieder een minuut duren. Dat is iets te lang voor een concours waarop je acht minuten mag spelen en bij tijdsoverschrijding gediskwalificeerd wordt!

Ik zocht naar een gebalanceerd setje stukken voor een minuut of drie. Een stukje snel, een langzaam middenstuk en een snel stukje om af te sluiten, de klassieke sonate vorm. In eerste instantie koos ik From the Far East, Spiritual, Venezuelan Dance, Gypsy Dance en Barbarian Dance. Uiteindelijk bleven Venezuelan Dance, Spiritual,en Barbarian Dance over.

Venezuelan Dance is een walsje met regelmatig een uitstapje naar een 6/8 maatvorm. Dit geeft het stuk een swing die iets van luiheid en een relaxt gevoel moet hebben. Het stuk is in drieen gedeeld, D-majeur hoekdelen en als contrast een D mineur midden sectie. Het middendeel heeft een apart ritme dat een leuk effect geeft. Ik speel het twee keer in plaats van de ene keer die in de partij staat, om het effect nog beter te kunnen exploiteren.

Spiritual is gebouwd rond een melodielijn in de bas. Mits met kalmte en rust gespeeld heeft het stuk iets sacraals. Uitdaging is hier de rust, de melodielijn moet onvoorwaardelijk blijven leiden. Ook tegen het versnellende effect in dat de begeleiding veroorzaakt.

Barbarian Dance is de ritme-uitdaging. Naast een switch tussen 5/8 en 7/8 maat verandert ook nog eens het accent binnen de maat. Dit verdeelt het stuk in vier secties, waarbij secties 2 en 4 elkaars spiegelbeeld zijn. Al met al een heel effectief stuk waarbij je donders geconcentreerd moet blijven.

Vaterlandsblüthen Nr. 2

Dit charmante vroege werk van Johann Kaspar Mertz laat duidelijk Hongaarse wortels zien. De accenten geven het stuk iets folkloristisch.

Het stuk heeft drie twee maal herhaalde secties. De eerste twee geven de gelegenheid om Romantisch te spelen en de typische Mertz klank (inclusief glissando’s) uit te buiten. Daarbij is contrast in volume en klank een krachtig middel. De laatste sectie nodigt uit om iets virtuozer te spelen. Maar wel zonder haastig te worden, het tempo mag merkbaar omhoog, maar overdrijven is niet de bedoeling.

Ritmevastheid en vrijheid vormen het spanningsveld in dit stuk. Vooral in het laatste deel is het belangrijk om de triolen en de daaropvolgende strakke passages in de juiste verhouding te spelen. Het blijkt dat de zestiende nootjes haast veroorzaken als je niet oplet.

Volgend hoofdstuk

Amateurconcours 2014

  • Gitariteiten 2
  • Amateurconcours 2014
  • Aangemeld
  • Waarom doe ik dit?
  • Het Repertoire
  • Oefenen
  • Live Try-Out
  • Een probleempje met de Timing
  • Concours nummer 3!
  • Een Deurtje verder
  • Even laten rijpen
  • Een Stapje Terug
  • Ruimte op een andere Speelplek
  • C-Day!

Zoeken

©2023 DOS Amigos Homepage (NL)